De Rhynchostylis worden ook wel vossenstaartorchideeën genoemd. Dit komt door hun lange bloemtrossen, die doen denken aan de staart van een vos. Een bloemtros kan wel 37 centimeter lang worden.
Oorsprong
De Rhynchostylis retusa is de broer van de Rhynchostylis gigantea en is de staatsbloem van Assam, India. Het is een exotisch bloeiende orchidee (één keer per jaar, maart-april), heeft een lange tros (cilindervormige bloeiwijze, 40 tot 45 cm) bestaande uit meer dan 100 witte bloemen met roze vlekken.
Symbool
Voor de mensen in Assam markeert deze bloem het feestseizoen van Bihu, waarbij meisjes deze bloem in hun haar doen tijdens de Bihu-dans. In de volksmond wordt de bloem 'Kapou Phool' genoemd. Het oogstfeest van Assam is een festival van dans, muziek en gelach. Onder de jongeren wordt de Rhynchostylis retusa beschouwd als een symbool van liefde en daarom is het de meest gewilde bloem die elke vrouwelijke Bihu-danser in haar knot (Assamese-Khupa) wil dragen.
Verzorging
Zonlicht
Deze plant houdt van sterk zonlicht, maar niet direct. Diffuus licht is gunstiger. Direct middaglicht kan de bladeren verbranden. De plant houdt van een sterke luchtbeweging rond de wortels.
Temperatuur
Het is een thermofiele plant. De plant mag iets koeler worden gehouden, maar dan moet er minder water worden gegeven. De temperatuur overdag is 21,5-33 graden Celcius, en 's nachts 18,5-25 graden Celcius. In het voorjaar mag het iets warmer zijn, rond de 24-35 graden Celcius. In de winter heeft deze plant ook een warme temperatuur nodig, ongeveer 21,5-33 graden Celcius.
Luchtvochtigheid
Deze plant heeft het grootste deel van het jaar een luchtvochtigheid van ongeveer 80% nodig, dalend tot ongeveer 70-75% in de winter en het vroege voorjaar. Bij een lage temperatuur (21 graden Celcius) kan de luchtvochtigheid worden verlaagd tot 40-70%.
Dit geldt voor planten in een potcultuur. De luchtvochtigheid in substraat is hoger. Het bovengrondse deel heeft minder water nodig en het hart van de plant blijft droog, wat rotting helpt voorkomen. Het deel onder de grond heeft meer vocht nodig en kan meer water opnemen. Het substraat houdt het vocht meer vast, terwijl hangende planten sneller uitdrogen en daarom een hogere luchtvochtigheid nodig hebben.
Watergift
Regenval in de natuurlijke omgeving varieert van overvloedig tot zeer overvloedig. Regenbuien beginnen aan het eind van de lente en duren tot de herfst. Daarna begint vrij snel het droogteseizoen, dat 3-4 maanden duurt, in de winter en het vroege voorjaar. De gekweekte planten moeten tijdens de groeiperiode overvloedig water krijgen, maar op dat moment moet de lucht rond de wortels gegarandeerd zijn, zodat ze na het water geven snel kunnen drogen. In het geval van planten die in potten of manden groeien, mag het gebruikte substraat niet nat worden. Gebruik schoon (bij voorkeur gefilterd) water.
In de lucht
Deze planten groeien het best op een manier dat de wortels los kunnen hangen, bijvoorbeeld door ze aan kurk te bevestigen of in manden te hangen zonder substraat rond de wortels.
Luchtvochtigheid bij hangen in de lucht
Onder deze omstandigheden moet een hoge luchtvochtigheid worden gegarandeerd en moeten de planten minstens één keer per dag worden besproeid en op warme dagen zelfs meerdere keren per dag.
Substraat
Deze planten kunnen ook worden gekweekt in potten met zeer losse, sneldrogende grond, zodat de wortels snel kunnen drogen na het water geven. Goede resultaten worden verkregen door een mengsel van gelijke delen van middelgrote en grote stukken sparrenbast en houtskool te gebruiken.
Verpotten
Deze planten reageren ongunstig op verpotten. Maar als de planten groeien in potten gevuld met een mengsel van schors, moeten ze elk jaar worden verpot, omdat een mogelijke ontbinding van de schors snel kan leiden tot het afsterven van het wortelstelsel. De plant moet heel ondiep worden geplant. Planten passen zich sneller en met minder stress aan als ze worden vastgezet of verpot in de fase waarin nieuwe wortels net beginnen te groeien.
Voeding en bemesting
Tijdens de actieve groei moeten de planten elke week worden bemest met meststof voor orchideeën.
Rustperiode
Rhynchostylis retusa heeft in de winter veel minder water nodig. Als de luchtvochtigheid in de winter hoog is, moet sporadisch sproeien van de planten tussen de zeldzame watergiftperioden zorgen voor voldoende vocht voor een goede ontwikkeling. Als de luchtvochtigheid laag is, moet de plant vaker water krijgen. Deze planten mogen nooit helemaal uitdrogen. Tot de lente moet de bemesting worden verminderd of helemaal wegvallen.